
Het was een zonnige ochtend toen [Aap](NBZ5CLLG) een rare ananas zag. Maar het was geen gewone ananas, hij had een gezicht, een grote glimlach en zei: 'Hoi, ik ben [Ananas](MGSDXL2N)!'

[Ananas](MGSDXL2N) vroeg: 'Wil je met mij op avontuur? Ik wil dingen ontdekken die beginnen met de letter A!' 'Ja!' riep [Aap](NBZ5CLLG) enthousiast.

'Ons eerste avontuur!' zei [Ananas](MGSDXL2N). 'Laten we naar een appelboom gaan.' [Aap](NBZ5CLLG) en [Ananas](MGSDXL2N) renden naar een grote boom vol glimmende rode appels.

Daarna kwamen ze bij een grote, oude atlas. 'Kijk hoe groot deze kaart is!' zei [Aap](NBZ5CLLG) terwijl ze samen de atlas open legden.

'Kijk daar!' riep [Ananas](MGSDXL2N). Ze vonden een groepje grote, mooie arenden die in cirkels hoog in de lucht vlogen.

Plots hoorden ze iets... Het was een draaimolen met allemaal alpaca’s die vrolijk draaiden!

[Aap](NBZ5CLLG) en [Ananas](MGSDXL2N) zagen een blauwe lucht vol papieren vliegtuigjes in de vorm van de letter 'A'. Ze maakten er zelf een paar en gooiden ze hoog in de lucht.

Aan het einde van de dag vonden ze een kristallen grot met glinsterende amethisten. 'Wat een avontuur!' zei [Aap](NBZ5CLLG).

Moe maar blij keerden [Aap](NBZ5CLLG) en [Ananas](MGSDXL2N) terug naar huis. Ze zouden deze dag vol avonturen met de letter 'A' niet snel vergeten.

'Bedankt voor vandaag, [Aap](NBZ5CLLG),' zei [Ananas](MGSDXL2N). 'Jij bent de beste avonturenmaat ooit!' En vanachter een wolk verscheen een maan die op een 'A' leek.
[object Object]
[object Object]